NEDERLAND - In 2024 overleden in Nederland dagelijks gemiddeld 20 mensen doordat ze per ongeluk vielen, struikelden of uitgleden (accidentele val). Met 7,3 duizend overledenen door een val is dit 5 procent meer dan in 2023 en ruim vier keer zo veel als vijfentwintig jaar eerder. Vallen is de meest voorkomende oorzaak van niet-natuurlijk overlijden in Nederland. Dat meldt het Centraal bureau voor de statistiek (CBS) op basis van een analyse van doodsoorzaken.


Overlijden door een accidentele val gebeurt als iemand per ongeluk valt, struikelt, of uitglijdt en daardoor binnen dertig dagen overlijdt. Vallen met een vervoermiddel, zoals een auto of fiets, telt hierbij niet mee, Dit wordt geregistreerd als vervoersongeval.

Van alle 7,3 duizend mensen die overleden na een accidentele val in 2024, had ruim de helft (56 procent) een heupfractuur als belangrijkste verwonding door de val. 21 procent had een verwonding aan het hoofd.

Wanneer rekening gehouden wordt met vergrijzing en bevolkingsgroei, daalde het sterftecijfer door een accidentele val tot 1998, vooral bij vrouwen. Daarna nam dit aantal geleidelijk toe en verdubbelde zelfs vanaf 2010.

Meeste dodelijke valongelukken bij vrouwen van 80 jaar of ouder

Vooral ouderen overlijden door een accidentele val: 15 procent van de overledenen door een val was tussen 70 en 80 jaar, 45 procent was tussen 80 en 90 jaar en 36 procent was negentig jaar of ouder.

Er overleden iets meer mannen van 70- tot 80 jaar dan vrouwen door een val. Vrouwen vormen de meerderheid in de leeftijdsgroepen boven de 80 jaar: van de overledenen door een accidentele val was van de tachtigers 61 procent een vrouw en bij de 90-plussers was dit 76 procent. In 2024 was de gemiddelde leeftijd van mannen bij overlijden door een accidentele val 83 jaar en bij vrouwen 87 jaar.

Grootste stijging bij 90-plussers

Er sterven meer mensen door een accidentele val doordat de bevolking ouder wordt, maar ook per duizend inwoners in elke leeftijdsgroep vanaf 60 jaar stijgt dit. Dat geldt vooral voor vrouwen van negentig jaar of ouder. In 2024 overleden 20,2 vrouwelijke negentigplussers per duizend vrouwen van deze leeftijd door een accidentele val, in 2015 waren dat er 9,6. Bij vrouwelijke tachtigers neemt dit aantal toe van 2,4 naar 4,5 overledenen per duizend vrouwen in deze leeftijdsklasse.

Ook bij mannen is de toename van het aantal overledenen aan een accidentele val per duizend inwoners het grootst bij negentigplussers, maar die is minder sterk dan bij vrouwen.


Vallen meest voorkomende niet-natuurlijke doodsoorzaak

Sinds eind jaren negentig is overlijden door een accidentele val de meest voorkomende niet-natuurlijke doodsoorzaak. Vooral de laatste tien jaar stijgt het aantal overlijdens door een accidentele val. Van alle mensen die in 2024 aan een niet-natuurlijke doodsoorzaak overleden, overleed 63 procent door een accidentele val (7,3 duizend). In 2015 was dit nog 48 procent.

Vooral meer dodelijke vallen in een instelling voor langdurige zorg

Van de 7,3 duizend mensen die in 2024 overleden door een accidentele val, kregen er 5 duizend zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz). Het overgrote deel hiervan woonde in een zorginstelling (85 procent).

In 2024 was een accidentele val bij 7,7 procent van de overlijdens in een Wlz-zorginstelling de doodsoorzaak. In 2015 was dit 3,1 procent. Bij mensen die thuis woonden en Wlz-zorg kregen was deze toename kleiner, van 3,1 procent in 2015 naar 5,3 procent in 2024.

78 procent van de overledenen aan een accidentele val ontving Wlz-zorg vanwege dementie of een andere psychogeriatrische aandoening.

Bron: CBS